Afgelopen zaterdag was ik in de vijver. Ja ik stond in de vijver, voetjes in het water. Dit om twee redenen.
Ten eerste moest ik bij ons fontein. De kop hiervan was behoorlijk verstopt. Deze moest er dus afgenomen worden en schoongemaakt worden. Ik kan niet bij het fontein zonder de vijver in te gaan... dus dat was al een reden voor natte voeten.
Daarnaast moesten er planten gesnoeid worden. De meeste kan ik wel snoeien zonder dat ik nat hoef te worden. Maar sommige leliebladeren... daar kan ik dan alleen bij als ik het water in ga.
Maar toen ik in het water was merkte ik iets belangrijks.
Er lag bijna geen slib op de bodem van de vijver.
Men had mij wijs gemaakt dat dit bijna altijd wel ontstaat in een vijver. Dit omdat afgestorven plantresten en bladeren in de vijver terecht komen.
Dat die plantresten in de vijver komen vind ik logisch. Maar ik dacht altijd dat deze wel opgeruimd zouden worden door beestjes en bacteriën in d vijver. Logisch toch?
En dat klopt ook, want ik heb bijna geen slib in de vijver.
Maar dan moet je wel het (bacterie-)leven in de vijver stimuleren. En hoe doe je dat? Door er voor te zorgen dat er voldoende zuurstof in de vijver is. En door er voor te zorgen dat zuurstof ook overal terecht komt. Dus door stroming.
Beiden zijn heel eenvoudig te bewerkstelligen. Zowel watervallen, fonteinen en luchtstenen zorgen voor zuurstof en voor stroming.
Hiermee zorg je er dus voor dat overal in/op de bodem de bacteriën, en alle beestjes die op de bodem leven, voldoende zuurstof krijgen. Want beiden gebruiken zuurstof bij het 'opeten' van het afval.
En dan één of twee maal per jaar wat Mearl in het water, dan komt het helemaal goed. Mearl is een kalkhoudende stof die er voor zorgt dat de PH, KH en GH waarden van het vijverwater goed blijven. En hierdoor blijft het voor de bacteriën mogelijk om in het water te leven.
In totaal heb ik op eenvoudige manier, en goedkoop, een biologisch evenwicht waarbij er niet of nauwelijks slib gevormd wordt.