Gisteren en vandaag heb ik veel planten gesnoeid of verwijderd. Ten eerste heb ik twee lisdoddes verwijderd. Dit omdat ze erg groot worden en daardoor wel een erg prominente plek innemen. En elk jaar krijg je er gratis één of twee bij. Dat wordt op een keer teveel.
Op de bovenstaande foto kun je goed zien hoe de vijver er vorige maand uit zag. De kopse kant heb ik dit keer aangepakt. Daar staan ook de lisdoddes.
Verder heb ik daar ook zoveel mogelijk alle watermunt en bonte hollepijp weggehaald. Bij al deze planten heb ik geprobeerd om ook de wortels te verwijderen. Hierdoor haalde ik dus een heleboel biomassa weg. Waarom moesten al die planten weg? Omdat ze het licht en de groei van andere planten belemmerden. En ze waren zo prominent aanwezig dat andere planten duidelijk overschaduwd werden. Die andere planten waren soms al bijna niet meer zichtbaar. En dat is natuurlijk zonde.
Door deze actie kreeg de kop van de vijver, het diepe moerasgedeelte gelijk een ander aanzicht.
Aan de wortels kon je nu ook goed zien dat deze een filterende werking hebben. Ze werken eerst als zeef. Ze houden dus fysiek vuildeeltjes tegen. En die worden tussen de wortels, door bacteriën snel omgezet naar voedingsstoffen voor deze planten. Hier zie dat goed op de onderstaande foto:
Vergeet niet, ik plant de planten altijd zonder aarde. De planten gaan zo bloot mogelijk de vijver in.
Maar doordat ik zoveel planten verwijderd heb, heb ik natuurlijk ook een groot deel van de bacteriën uit de vijver gehaald. Gelukkig kan dit geen kwaad. Want ik heb de planten aan de lange kant niet aangeraakt. Daar is alles blijven staan. Verder staan er ook nog gigantisch veel zuurstofplanten in deze vijver. Ook die heb ik niet gesnoeid.
Wel heb ik wat leliebladeren verwijderd. Maar dat is niet van belang voor de bacteriële werking van deze vijver. En natuurlijk zitten er ook bacteriën in de filterton. Samen kunnen deze het verlies aan bacteriën wel op vangen. En zo blijft deze vijver toch gezond.